Jump to content

User talk:Dwergenpaartje/sandbox

Page contents not supported in other languages.
From Wikipedia, the free encyclopedia

Life

[edit]
  concestor 74 LUCA  

 concestor 73 Bacteria[1] 

 Archaea 

3900 mya[2]
  concestor 73 Bacteria

 concestor 72 

 Thermotogae 

3640 mya[2]
  concestor 72 

 concestor 71 

 Gemmatimonadetes 

 Proteobacteria

  concestor 71 

 concestor 70 

 Chloroflexota 

 Firmicutes 

mya[2]
  concestor 70 

 concestor 69 

 Margulisbacteria 

3420 mya[2]
  concestor 69 

 concestor 68 

 Serocytochromatia 

3260 mya[2]
  concestor 68 

 concestor 67 Cyanophyta

 Vampirovibrionia 

3190 mya[2][3]
  • LUCA = Last Universal Common Ancestor: LUCA had alle eigenschappen die de hedendaagse organismen gemeenschappelijk hebben, zoals een (prokaryotische) cel, de genetische code en transcriptie met behulp van tRNA, mRNA en ribosomen.<wikipedia It lived in hydrothermal vents and used molecular hydrogen as an energy source. LUCA contained a gene for reverse gyrase, exclusively found in organisms living in high-temperature environments. It most probably did so by using the Wood–Ljundahl pathway, the most ancient of the six pathways that life uses today and which is present in both bacteria and archaea. It reduces carbon dioxide with hydrogen to carbon monoxide and formic acid, building blocks that can be used by life to make more complex compounds. The Wood–Ljungdahl pathway points to an alkaline hydrothermal environment, which provides all the things necessary for it – structure, natural proton gradients, hydrogen and carbon dioxide.[4]
  • Archaea:
  • Bacteria: concestor 73 LBCA or Last Bacterial Common Ancestor. LBCA must have been an anaerobe cell, because the accrual of atmospheric oxygen occurred much later in Earth’s history, as a product of cyanobacterial metabolism. It was probably rod-shaped and created glucose from CO2. Its physiology probably was most like modern bacteria from the Clostridiae (a class with the phylum Firmicutes).Cite error: A <ref> tag is missing the closing </ref> (see the help page).
  • Lateral Gene Transfer of Horizontal Gene Transfer

Cyanophyta

[edit]
  concestor 67 

 concestor 66 

 Gloeobacteria 

 Anthocerotibacter panamensis [5]

 Aurora vandensis[6]

 Gloeobacter 

 G. kilaueensis[7] 

 G. violacea[8] 

280 mya
 1400 mya
2750 mya[2]
  concestor 66 

 concestor 65 

 Synechococcus JA-2-3B a 2-13[9]

  concestor 65 

 concestor 64 

 most cyanobacteria

  concestor 64 

 concestor 63 plastid 

 Gloeomargaritales (Gloeomargarita lithophora)[10]

  • Anthocerotibacter: A new thylakoid-less cyanobacterium cultured from a tropical hornwort,
  • Aurora vandensis:
  • Gloeobacter: Gloeobacter violacea is a unicellular cyanobacterium isolated from calcareous rock in the mountainous regions of Switzerland. G. kilaueensis is the dominant species of a purple-pigmented epilithic biofilm on the entrance wall of a cave in volcanically active Kīlauea Caldera. The species lack intracellular membranes. The synthesis path of carotenoids in Gloeobacter is unique in cyanobacteria.
  • Synechococcus JA-2-3B a 2-13:
  • Gloeomargarita lithophora:
  • Fotosynthese op basis van H2S en op basis van H2O, photosystemen, antenne-eiwitten, bescherming tegen zuurstofradicalen, rol van membranen, thylacoiden[11]
  • Stikstof-binding
  • The first rise of oxygen in the atmosphere, known as the Great Oxidation Event (GOE) c. 2.32–2.4 billion years ago.[12]
  • Ontwikkeling van meercelligheid maakt dat de afzonderlijke cellen zich kunnen specialiseren, zodat incompatibele processen zich tegelijkertijd toch kunnen afspelen, b.v. fotosynthese (waarbij zuurstofradicalen vrijkomen) en stikstofbinding (die niet kan plaatsvinden in de aanwezigheid van zuurstofradicalen).[13]

Archaeplastida

[edit]

plastid

Eukaryote

  concestor 63 Archaeplastida 
endosymbiosis event
  concestor 63 Archaeplastida 

 concestor 62 

 Glaucophyta

1900 mya
  concestor 62 

 concestor 61 Viridiplantae 

 Rhodophyta

  concestor 61 Viridiplantae 

 concestor 60 Streptophyta 

 Chlorophyta

  • Archaeplastida:
  • Glaucophyta (blauwgroene algen): Cyanophora, Glaucocystis, Gloeochaete, 13 soorten, eencellige algen met niet-gestapelde thylakoïden en chloroplasten zonder extern endoplasmatisch reticulum, uitsluitend chlorophyl a en phycobiliproteïnes, met peptidoglycaan-vlies tussen binnen- en buitenmembraan rondom chloroplast, roodwierzetmeel (floridean starch)
  • Rhodophyta (rode algen): ruim 5000 soorten, cellen zonder flagella, roodwierzetmeel (floridean starch), phycobiliproteïnepigmenten (rood en blauw), niet-gestapelde thylakoïden en chloroplasten zonder extern endoplasmatisch reticulum, chlorophyl a en phycoerythrines, 97% leeft in zee, 3% in zoet water, warmwaterbronnen, bodems, grotten en luiaardhaar
  • Viridiplantae (Chloroplastida of Chlorobionta: groenwieren, landplanten): chloroplasten zonder extern endoplasmatisch reticulum, thylakoïden meestal in stapels van twee tot zes, chlorofyl-a en -b, echt zetmeel en celluloserijke celwanden of schubben

Lijst van fotosynthetiserende Eukaryoten

[edit]

Archaeplastida

[edit]

De chloroplasten van alle bekende fotosynthetische eukaryoten (behalve 3 Paulinella-soorten) zijn uiteindelijk afkomstig van een enkele cyanobacterie, die ongeveer 1,6 miljard jaar geleden werd ingelijfd, en daarmee ontstond de eerste alg (Archaeplastida). Deze differentiëerde in drie groepen: Glaucophyta, Rhodophyceae en Viridiplantae. De cyanobacterie die het nauwst verwant is aan de chloroplasten zou Gloeomargarita lithophora zijn. Vervolgens namen soorten uit andere eukaryote groepen op een later tijdstip een afstammeling van dit groenwier op, of een andere eukaryoot die zelf al eerder een wier had opgenomen. De eerste aftakking is die van de 13 soorten Cyanophyta of blauwgroene alg. Daarna divergeren de Rhodophyceae en de Viridiplantae.

Phaeophycaceae

[edit]

Paulinella

[edit]

Paulinella is een geslacht van ongeveer negen soorten die zich als amoebes voortbewegen. De meest bekende leden zijn de drie fotosynthetische soorten P. chromatophora, P. micropora en P. longichromatophora. De eerste twee leven in zoet water, de derde in zee. In tegenstelling tot hun zes naaste verwanten, die allemaal in zoet water leven, zijn ze niet in staat tot fagocytose (het insluiten en vervolgens verteren van organismen). De opgenomen cyanobacterie is het nauwst verwant aan de cyanobacterie Prochlorococcus. Deze heeft zich ontwikkeld tot een door een dubbele membraan ingesloten fotosynthetiserende organel dat wel wordt aangeduid als cyanel of chromatofoor (en dus niet als chloroplast). Het opnemen van deze cyanobacterie vond 90-140 miljoen jaar geleden plaats.

Pseudoblepharisma tenue

[edit]

De ciliaat Pseudoblepharisma tenue heeft zowel een groene alg als fotosynthetiserende symbiont, maar tevens een fotosynthetiserende purperbacterie.

Rhopalodiaceae

[edit]

De diatomeeën van de familie Rhopalodiaceae hebben een niet-fotosynthetische cyanobacterie opgenomen.[14]

Streptophyta

[edit]
  concestor 60 

 concestor 59 

 Mesostigmatophyceae 

Streptophyta
  concestor 59 

 concestor 58 

 Chlorokybophyceae 

  concestor 58 

 concestor 57 

 Klebsormidiophyceae 

  concestor 57 

 concestor 56 

 Charophyceae 

  concestor 56 

 concestor 55 

 Coleochaetophyceae 

  concestor 55 

 concestor 54 Embryophyta 

 Zygnematophycea 

 Spirogloeales

 Zygnematales 

 Desmidiales[15][16][17][18] 

  • Streptophyta: innovaties: zijdelngse flagellen, glycolaatoxidase, flagellair peroxidase, CapA\B genduplicatie
  • Mesostigmatophyceae: eencellige flagellaten, 2 soorten
  • concestor 59: niet-beweeglijke vegetatieve fase
  • Chlorokybophyceae: niet beweeglijke 3D klompjes cellen in gelatine-achtige substantie op de bodem in Oostenrijk, 1 soort
  • concestor 58: C/N peroxisomen, meercellige draden, introns in t-RNAala en t-RNALeu?,
  • Klebsormidiophyceae: draden op land of in water
  • concestor 57: phragmoplast (≈celdelingsplaat), plasmodesmata (celwandkanaal), vertakking, seksuele voortplanting, droogteresistente diploïde sporen, cellulose synthese in rozetvorm, proteïnesyntheseverlengingsfactor Tu
  • Charales: dominante gametofiet, hoofdas met zijtakken in kransen, archegonia en antheridia in de oksels, morfologisch sterk gedifferentieerd, ruim 700 soorten
  • Coleochaetophyceae:vertakte draden die soms schotelvormige flapjes vormen van ongedifferentieerde cellen
  • Zygnematophycea: onvertakte, uniseriele draden soms met spiraalvormige chloroplast (Zygnematales), of afzonderlijke cellen (Desmidiales) en dan vaak met allerlei vormen en idem chloroplast, seksuele voortplanting = conjugatie; ruim 3.000 soorten.[14]
  • Spirogloeales, 1 soort Spirogloea muscicola, recent whole genome triplication, subaerial/terrestrial, suggesting that the ancestor of this class might have originated on land[15]

Embryophyta

[edit]
 concestor 54 Embryophyta 

 concestor 52 Tracheophyta 

 Bryophyta 

 Anthocerotopsida 

 Setaphyta 

 Marchantiopsida 

 Bryopsida[19][20] 

 295 mya 
Voordelen leven op land:
  • meer licht
  • betere toegankelijkheid CO2
  • (in het begin) geen concurrentie
nadelen:
  • meer UV
  • watergebrek leidt tot uitdroging
  • watergebrek leidt tot nutriëntengebrek
  • grotere temperatuurschommelingen
  • bevruchting beperkt tot natte plekken/momenten/kleine afstanden
  • zeer beperkte verspreiding sporen in water
  • geen drijfvermogen in lucht dus plat op de grond[21]
De uitkomsten van verschillende analyses zijn met elkaar in tegenspraak hoe vaatplanten, hauw-, blad- en levermossen nu precies met elkaar verwant zijn. Eerder werd als meest waarschijnlijk gezien dat hauwmossen het meest verwant zouden zijn aan vaatplanten. De onontkoombare consequentie daarvan zou zijn dat de gemeenschappelijke voorouder van alle nog levende landplanten heel erg mosachtig is geweest. Meer recent onderzoek lijkt erop te wijzen dat de hauw-, blad- en levermossen samen de zustergroep vormen van de vaatplanten. Dat zou een belangrijk dilemma oplossen. We zagen immers dat bij mossen de gametofyt langlevend is en de fotosynthese voor z'n rekening neemt en de sporofyt geheel afhankelijk is van de gametofyt en naar de vorming van de sporen snel afsterft. Bij de vaatplanten is dat andersom. De sporofyt is groot en langlevend, de gametofyt is klein. Het is lastig voor te stellen dat opeens de rollen van gametofyt en sporofyt zijn omgedraaid. Als vaatplanten echter geen mosachtige voorouder hebben, dan is het mogelijk dat ze afstammen van een voorouder waarbij de gametofyt en de sporofyt allebei zelfstandig konden leven van fotosynthese. Een andere relatie van de mossen met de vaatplanten heeft ook gevolgen voor het begrip van huidmondjes. Levermossen en sommige bladmossen hebben geen huidmondjes, terwijl andere bladmossen, hauwmossen en vaatplanten die wel hebben. Wanneer zijn ze ontstaan en hoeveel keer, waar zijn huidmondjes weer verloren en wat was eigenlijk de oorspronkelijke functie van die huidmondjes?[22]
  • Anthocerotopsida: 221 soorten
  • Bryopsida: 11.500 soorten
  • Marchantiopsida: 5.000 soorten

Tracheophyta

[edit]
  concestor 53 Tracheophyta 

 concestor 52 Euphyllophyta 

 Lycophyta  

 Lycopodiales 

 Isoetales 

 Selaginellales 

  concestor 52 Euphyllophyta 

 concestor 51 Spermatophyta 

 ferns  

 420 mya[23] 
  ferns (sidebranch) 

 Equisetales 

 Ophioglossales (Ophioglossaceae o.a. Ophioglossum, Botrichium, Mankyua)[24]

 Psilotales (Psilotaceae: Psilotum, Tmesipteris)[25]

 Marattiales (Marattiaceae)

 Osmundales (Osmundaceae)

 Hymenophyllales (Hymenophyllaceae)

 Gleicheniales (Gleicheniaceae, Matoniaceae, Dipteridaceae)

 Schizaeales (Anemiaceae, Lygodiaceae, Schizaeaceae)

 Salviniales (Marsileaceae, Salviniaceae)

 Cyatheales (8 families)

 Polypodiales (25 families)[26]

  • uitgestorven vaatplanten a.d.h.v. Rhynie chert[27][28]

Spermatophyta

[edit]
  concestor 51 Spermatophytes 

 concestor 50 Angiosperms 

 Gymnosperms  1107 soorten

 377 mya[23] 
  Gymnosperms (sidebranch) 

 Ginkgoales 1 soort

 Cycadales 

 Cycadaceae 120 soorten

 Zamiaceae 246 soorten

 189 mya[23] 
 256 mya[23] 
 Gnepi‑group 
 Gnetales 

 Ephedra 71 soorten

 Gnetum 40 soorten

 Welwitschia 1 soort

 109 mya[23] 
 154 mya[23] 

 Pinales 232 soorten

 241 mya[23] 
 Auricariales 

 Araucariaceae 41 soorten

 Podocarpaceae 174 soorten

 195 mya[23] 
 Cupressales 

 Sciadopityaceae 1 soort

 Cupressaceae 152 soorten

 Cephalotaxaceae 11 soorten

 Taxaceae 17 soorten

 230 mya[23] 
 249 mya[23] 
 290 mya[23] 
 325 mya[23] 
  • Cupressaceae: o.a. Sequoia sempervirens, de hoogste boom 115 m

Angiosperms

[edit]
  concestor 50 Angiosperms [29] 

 concestor 49 

 Amborellales  

 243 mya, 260.000 soorten[23] 
  concestor 49 

 concestor 48 

 Nymphaeales  

 226 mya[23] 
  concestor 48 

 concestor 47 Mesangiosperms 

 Austrobailayales  

  • Amborellales 1 soort: Amborellaceae (Amborella trichopoda, Nieuw-Caledonië)
  • Nymphaeales 74 soorten: Hydatellaceae (Trithuria, windbestoven, Australië, Nieuw-Zeeland, westkust India), Cabombaceae, Nymphaeaceae (waterlelie, gele plomp)
  • Austrobailayales 97 soorten: Austrobaileyaceae (1 soort Austrobaileya scandens, liaan uit Queensland), Schisandraceae (o.a. Illicium verum: steranijs), Trimeniaceae

Mesangiosperms

[edit]
  concestor 47 Mesangiosperms 

 concestor 46 Superasterids  

 orde Chloranthales  

   Magnolids 

  Magnolids (sidebranch) 

 Canelales 

 Piperales 

 Laurales 

 Magnoliales  

  concestor 46 

 concestor 45 

 Monocots  

 206 mya[23] 
  Monocots (sidebranch) 

 Acorales 

 Alismatales 

 Petrosaviales 

 Dioscoriales 

 Pandanales 

 Liliales 

 Asparagales 

 Commellinids 

 Arecales 

 Poales 

 Commelinales 

 Zingiberales 

  • Chloranthales: Chloranthaceae 75 soorten
  • Canellales 128 soorten: Canellaceae 23 soorten, Winteraceae 105 soorten
  • Piperales: Saururaceae (o.a. Houttuynia cordata), Piperaceae (o.a. Piper nigrum: groene, witte, zwarte peper), Aristolochiaceae (o.a. Aristolochia clematis: pijpbloem)
  • Laurales: Calycanthaceae (o.a. Chimonanthus: specerijstruik; Calycanthus: meloenboompje of winterzoet), Siparunaceae, Gomortegaceae, Atherospermataceae, Hernandiaceae, Monimiaceae, Lauraceae (o.a. Cinnamomum: kaneel; Laurus: laurier; Persea: avocado; Cassythia: bladloze halfparasiet cf. Convolvulaceae: Cuscuta, warkruid)
  • Magnoliales: Myristicaceae (o.a. Myristica fragrans: nootmuskaat en foelie), Magnoliaceae (o.a. Liriodendron tulipifera: tulpenboom; Magnolia: beverboom), Degeneriaceae (2 endemische soorten van Fiji; meeldraden bladachtig met 3 vaatbundels, en 2 paar microsporangia ingebed in het oppervlak, geen afzonderlijk helmdraad, helmkoppen en helmbindsel), komvormig jong vruchtblad waarop de zaadknoppen zich ontwikkelen maar de randen nooit volledig vergroeien, de stuifmeelbuis groeit door een met haren gevulde spleet naar de zaadknoppen), Himantandraceae, Eupomatiaceae, Annonaceae (Annona cherimola; Annona muricata: zuurzak; Asimina triloba: pawpaw)


  • Acorales: Acoraceae (Acorus: kalmoes)
  • Alismatales: Araceae, (Arum: aronskelk, Amorphophallus: penisplant, hoogste bloeiwijze, Wolffia: wortelloos kroos kleinste zaadplant), Tofieldiaceae, Alismataceae (waterweegbree), Butomaceae (zwanenbloem), Hydrocharitaceae (krabbescheer, kikkerbeet, waterpest), Scheuchzeriaceae (veenbloembies), Aponogetonaceae (waterblommetjie), Juncaginaceae (zoutgras), Maundiaceae, Zosteraceae (zeegras), Potamogetonaceae (fonteinkruid), Posidoniaceae, Ruppiaceae, Cymodoceaceae
  • Petrosaviales: Petrosaviaceae (Petrosavia: mycoheterotrofie, Japonolirion)
  • Dioscoreales: Nartheciaceae (beenbreek), Burmanniaceae (mycoheterotrofie), Dioscoreaceae (yam)
  • Pandanales: Velloziaceae, Triuridaceae, Stemonaceae, Pandanaceae (Pandanus tectorius: geurende schroefpalm, pandanrijst), Cyclanthaceae
  • Liliales: Campynemataceae, Corsiaceae, Melanthiaceae (Paris: eenbes, Veratrum: nieswortel), Petermanniaceae, Alstroemeriaceae (inclalelie), Colchicaceae (herfsttijloos), Philesiaceae, Ripogonaceae, Smilacaceae (Smilax: steekwinde of sarsaparilla), Liliacea (o.a. Erythronium hondstand, Fritillaria kievitsbloem, Lilium lelie, Tulipa tulp, Tricyrtis armeluisorchidee)
  • Asparagales: Orchidaceae (vanille), Boryaceae, Blandfordiaceae, Asteliaceae, Lanariaceae, Hypoxidaceae, Doryanthaceae, Ixioliriaceae, Tecophilaeaceae, Iridaceae (o.a. Crocus, Freesia, Gladiolus, Iris), Xeronemataceae, Asphodelaceae (Aloe, Kniphofia vuurpijl, Hemerocallis daglelie), Amaryllidaceae (Agapanthus; Allium: bieslook, knoflook, prei, ui; Galanthus: sneeuwklokje; Narcissus), Asparagaceae (asperge, lelietje-van-dalen, salomonszegel)
  • Arecales: Dasypogonaceae, Arecaceae (=Palmae) (kokos, oliepalm, suikerpalm, dadelpalm)
  • Poales: Typhaceae (Typha: lisdodde), Bromeliaceae (Ananas), Rapateaceae, Xyridaceae, Eriocaulaceae, Mayacaceae, Thurniaceae, Juncaceae (russenfamilie, o.a. veenpluis), Cyperaceae (zeggefamilie, o.a. papyrus), Restionaceae, Flagellariaceae, Joinvilleaceae, Ecdeiocoleaceae, Poaceae (=Graminea) (haver, rogge, tarwe, mais, rijst, tef, pluimgierst, aargierst, bamboe, olifantsgras)
  • Commelinales: Hanguanaceae, Commelinaceae (Tradescantia: eendagsbloem), Philydraceae, Pontederiaceae, Haemodoraceae (bloedwortelfamilie: Anigozanthos: kangoeroepootje, Dilatris, Wachendorfia)
  • Zingiberales: Strelitziaceae (paradijsbloem), Lowiaceae, Heliconiaceae, Musaceae (banaan), Cannaceae (Canna: Indisch bloemriet), Marantaceae, Costaceae, Zingiberaceae (Zingiber: gember, Curcuma: kunjit, Elettaria cardamomum: kardamom, Alpinia galanga: laos)

Ceratophyllales and Eudicots

[edit]
  concestor 45 

 concestor 44 Eudicots 

 orde Ceratophyllales 

  concestor 45 Eudicots 

 concestor 44 

 orde Ranunculales  

  concestor 44 

 concestor 43 

 orde Proteales  

 123 mya 
  concestor 43 

 concestor 42 

 orde Trochodendrales  

  concestor 42 

 concestor 41 Core-Eudicots

 orde Buxales  

  • Ceratophyllales: Ceratophyllaceae (Ceratophyllum: hoornblad, 1-6 soorten, afgrenzing onduidelijk)
  • Ranunculales 199 genera, 4510 soorten: Eupteleaceae, Papaveraceae, Circaeasteraceae, Lardizabalaceae, Menispermaceae, Berberidaceae, Ranunculaceae (o.a. Aconitum: monnikskap, Anemone, Aquilegia: akelei, Caltha: dotterbloem, Delphinium: ridderspoor)
  • Proteales 1750 soorten: Sabiaceae 119 soorten, Nelumbonaceae (lotus, 2 soorten), Platanaceae (plataan, 10 soorten), Proteaceae 1615 soorten
  • Trochodendrales: Trochodendraceae: 2 soorten Trochodendron araloides, Tetracentron sinense
  • Buxales: Buxaceae (7 genera o.a. Buxus en Sarcococca, 120 soorten)

Core-Eudicots

[edit]
  concestor 41 Core‑Eudicots

 concestor 40 

 orde Gunnerales  

  concestor 40 

 concestor 39 Superasterids  

 orde Dilleniales  

   Superrosids 

  • Gunnerales: Myrothamnaceae 2 soorten, Gunneraceae (Gunnera, 40-62 soorten)
  • Dilleniales: Dilleneaceae (11 genera met ±360 soorten, o.a. Dillenia)
Superrosids (sidebranch)

 Saxifragales 

 Vitales 

 Malvids 

 Geraniales 

 Myrtales 

 Crossosomatales 

 Picramniales 

 Sapindales 

 Huerteales 

 Brassicales

 Malvales

 Fabids 

 Zygophyllales 

 Celastrales 

 Fabales 

 Rosales 

 Fagales 

 Curcubitales[30]

  • Saxifragales: Altingiaceae, Aphanopetalaceae, Cercidiphyllaceae, Crassulaceae, Cynomoriaceae, Daphniphyllaceae, Grossulariaceae (aalbes), Haloragaceae, Hamamelidaceae (toverhazelaar), Iteaceae (bindwilg), Paeoniaceae (pioen), Penthoraceae, Peridiscaceae, Saxifragaceae (steenbreek), Tetracarpaeaceae
  • Vitales: Vitaceae 850 soorten (wijnstok)
  • Geraniales: Geraniaceae (Geranium: ooievaarsbek, Erodium: reigersbek, Pelargunium, Monsonia), Francoaceae
  • Myrthales: Combretaceae, Lythraceae (Lytrum: kattestaart), Onagraceae (teunisbloem, Fuchsia), Vochysiaceae, Myrtaceae (Myrtus: mirre), Melastomataceae, Crypteroniaceae, Alzateaceae, Penaeaceae
  • Crossosomatales: Aphloiaceae, Geissolomataceae (monotypische Kaapse endeem), Strasburgeriaceae, Staphyleaceae, Guamatelaceae, Stachyuraceae, Crossosomataceae
  • Picramniales: Picramniaceae 50 soorten
  • Huerteales: Gerrardinaceae, Petenaeaceae, Tapisciaceae (syn. Huerteaceae), Dipentodontaceae
  • Sapindales: Biebersteiniaceae, Nitrariaceae, Kirkiaceae, Burseraceae, Anacardiaceae, Sapindaceae, Rutaceae (Citrus), Simaroubaceae, Meliaceae
  • Brassicales: Akaniaceae, Tropaeolaceae (Tropaeolum: oostindische kers), Moringaceae, Caricaceae (Carica: papaya), Limnanthaceae, Setchellanthaceae, Koeberliniaceae, Bataceae, Salvadoraceae, Emblingiaceae, Tovariaceae, Pentadiplandraceae (monotypisch, calorieloze zoetstof ontwijkende mutatie Westelijke laaglandgorilla), Gyrostemonaceae, Resedaceae, Capparaceae, Cleomaceae (o.a. Cleome: kattesnor, poly/para/monophyletisch), Brassicaceae (=Cruciferae) (kool, mosterd, zandraket als eerste plant gesequenced)
  • Malvales: Cytinaceae, Muntingiaceae, Neuradaceae, Malvaceae, Sphaerosepalaceae, Thymelaeaceae, Bixaceae, Cistaceae, Sarcolaenaceae, Dipterocarpaceae (Dipterocarpus: hoogste junglebomen)
  • Zygophyllales: Krameriaceae, Zygophyllaceae
  • Celastrales: Celastraceae (Parnassia, kardinaalsmuts), Lepidobotryaceae
  • Malpighiales: Achariaceae, Balanopaceae, Bonnetiaceae, Calophyllaceae, Caryocaraceae, Centroplacaceae, Chrysobalanaceae, Clusiaceae, Ctenolophonaceae, Dichapetalaceae, Elatinaceae, Erythroxylaceae, Euphorbiaceae (wolfsmelk), Euphroniaceae, Goupiaceae, Humiriaceae, Hypericaceae (hertshooi), Irvingiaceae, Ixonanthaceae, Lacistemataceae, Linaceae (vlas), Lophopyxidaceae, Malpighiaceae, Malesherbiaceae (= Passifloraceae-Malesherboideae), Medusagynaceae (= Ochnaceae-Medusagynoideae), Ochnaceae, Pandaceae, Passifloraceae, Peraceae, Phyllanthaceae, Picrodendraceae, Podostemaceae, Putranjivaceae, Quiinaceae (= Ochnaceae-Quiinoideae), Rafflesiaceae, Rhizophoraceae, Salicaceae (wilg, populier), Trigoniaceae, Turneraceae (= Passifloraceae-Turneroideae), Violaceae
  • Oxalidales: Huaceae, Connaraceae, Oxalidaceae (klaverzuring), Cunoniaceae, Brunelliaceae, Cephalotaceae, Elaeocarpaceae
  • Fabales: Quillajaceae, Fabaceae (=Leguminosae) (Acacia, boon, tuinboon, erwt, linze, goudenregen, blauweregen, kouseband), Surianaceae, Polygalaceae (vleugeltjesbloem)
  • Rosales: Rosaceae (roos, braam, framboos, lijsterbes, appel, peer, pruim, kers, mispel, kweepeer, vrouwenmantel), Barbeyaceae, Dirachmaceae, Rhamnaceae (vuilboom), Elaeagnaceae (duindoorn), Ulmaceae (iep), Cannabaceae (hennep), Moraceae (moerbei, Ficus), Urticaceae (brandnetel)
  • Fagales: Nothofagaceae, Fagaceae (beuk, eik), Myricaceae (gagel), Juglandaceae (walnoot), Ticodendraceae, Betulaceae (berk), Casuarinaceae.
  • Curcubitales: Anisophylleaceae, Corynocarpaceae, Coriariaceae, Cucurbitaceae (meloen, pompoen, komkommer), Tetramelaceae, Datiscaceae, Apodanthaceae, Begoniaceae

Superasteride-groep

[edit]
  concestor 39 Superasterids 

 concestor 38  

 orde Berberidopsidales  

  concestor 38 

 concestor 37  

 orde Santalales  

  concestor 37 

 concestor 36  

 orde Caryophyllales  

  concestor 36  

 concestor 35  

 orde Cornales  

  concestor 35  

 concestor 34 Euasterids 

 orde Ericales  

  concestor 34 Euasterids 

 concestor 33 Lamiids 

  Campanulids  

  • Berberidopsidales: Aextoxicaceae, Berberidopsidaceae
  • Caryophyllales: Frankeniaceae, Tamaricaceae, Plumbaginaceae, Polygonaceae, Droseraceae, Nepenthaceae, Drosophyllaceae, Dioncophyllaceae, Ancistrocladaceae , Rhabdodendraceae, Simmondsiaceae, Physenaceae, Asteropeiaceae, Macarthuriaceae, Microteaceae, Caryophyllaceae, Achatocarpaceae, Amaranthaceae, Stegnospermataceae, Limeaceae, Lophiocarpaceae, Kewaceae, Barbeuiaceae, Gisekiaceae, Aizoaceae, Phytolaccaceae, Petiveriaceae, Sarcobataceae, Nyctaginaceae, Molluginaceae, Montiaceae, Didiereaceae, Basellaceae, Halophytaceae, Talinaceae, Portulacaceae, Anacampserotaceae, Cactaceae
  • Cornales: Cornaceae, Grubbiaceae, Curtisiaceae, Nyssaceae, Hydrostachyaceae, Loasaceae, Hydrangiaceae
  • Ericales: Balsaminaceae, Tetrameristaceae, Marcgraviaceae, Lecythidaceae, Mitrastemonaceae, Fourqueriaceae, Polemonaceae, Sapotaceae, Ebenaceae, Primulaceae, Pentaphyllaceae, Theaceae, Symplocaceae, Styracaceae, Diapensiaceae, Saraceniaceae, Actinidiaceae, Roridulaceae, Clethraceae, Cyrillaceae, Ericaceae
  • Campanulids: Aquifoliales, Asterales, Escalloniales, Bruniales, Apiales, Dipsacales, Paracryphiales, Aquifoliaceae (Ilex 560 soorten, hulst). Asterales: o.a. Rousseaceae (Roussea simplex, Mauritius afhankelijkheid van blue-tailed day gecko voor zaadverspreiding), Campanulaceae (was paraphylletisch, nu monophyletisch door opname Lobeliaceae), Goodeniaceae (Scaeviola eenjarig tuinplantje), Asteraceae (Helianthus, zonnebloem, aardpeer)
  concestor 33 Lamiids 

 concestor 32 

 orde Icacinales  

  concestor 32  

 concestor 31 

 orde Metteniusales  

  concestor 31  

 concestor 30 

 orde Garryales  

  concestor 30  

 concestor 29 

 orde Gentianales  

 orde Boraginales  

  concestor 29  

 concestor 28 orde Solanales

 orde Lamiales

 orde Vahliales

  • Icacinales: Icacinaceae, Oncothecaceae (Oncotheca 2 soorten: Nieuw Caledonië)
  • Metteniusales: Metteniusaceae
  • Garryales: Garryaceae (Garrya, Aucuba), Eucommiaceae (Eucommia 1 soort, bast Chinese herbology)
  • Boraginales: Codonaceae, Wellstediaceae, Boraginaceae, Hydrophyllaceae, Namaceae, Heliotropiaceae, Cordiaceae, Ehretiaceae
  • Gentianales: Rubiaceae, Loganaceae, Gelsemiaceae, Gentianaceae, Apocynaceae
  • Lamiales: Plocospermataceae, Carlemanniaceae, Oleaceae (olijf, liguster), Tetrachondraceae, Peltantheraceae, Calceolariaceae, Gesneriaceae, Plantaginaceae, Scrophulariaceae, Stilbaceae, Byblidaceae, Linderniaceae, Pedaliaceae, Martyniaceae, Acanthaceae, Bignoniaceae, Schlegeliaceae, Lentibulariaceae, Thomandersiaceae, Verbenaceae, Lamiaceae (=Labiatae) (lavendel, thijm, rozemarijn, salie), Mazaceae, Phrymaceae, Paulowniaceae, Orobanchaceae
  • Vahliales: Vahliaceae (Vahlia 8 soorten)

Orde Solanales

[edit]
  concestor 28 order Solanales  

 concestor 27 

 Montiniaceae

 Sphenocleaceae

 Hydroleaceae

  concestor 27  

 concestor 26 Solanaceae ±2900 soorten

 family Convolvulaceae

49 mya[31]

Familie Solanaceae

[edit]
  concestor 26 family Solanaceae  

 concestor 25 

 subfamily Schizanthoideae (Schizanthus 12 soorten)

30 mya[31]
  concestor 25  

 concestor 24 

 subfamily Goetzeoideae 8 soorten

 subfamily Duckeodendroideae 1 soort

  concestor 24 

 concestor 23 

 subfamily Cestroideae 210 soorten (Cestrum, Salpiglossus)

  concestor 23 

 concestor 22 

 subfamily Schwenkieae 31 soorten

  concestor 22 

 concestor 21 

 subfamily Petunioideae 160 soorten (Petunia)

  concestor 21 

 concestor 20 subfamily Solanoideae

 subfamily Nicotianoideae 126 soorten (Nicotiana: tabak)

24 mya[31]

Onderfamilie Solanoideae

[edit]
  concestor 20 subfamily Solanoideae

 concestor 19 

 tribe Hyoscyameae 36 soorten (Atropa, Hyoscyamus, Scopiola)

  concestor 19 

 concestor 18 

 tribe Sclerophylaceae (Sclerophylax 14 soorten)

 tribe Nolaneae 90 soorten

 tribe Lycieae (Lycium 92 soorten: boksdoorn/gojibes)

21 mya[31]
  concestor 18 

 concestor 17 

 tribe Mandragoreae (Mandragora 3 soorten: alruin)

 tribe Jaboroseae 22 soorten (Jaborosa)

 tribe Solandreae 63 soorten

  concestor 17 

 concestor 16 

 tribe Nicandreae (Nicandra 3 soorten)

 tribe Datureae 20 soorten (Brugmansia, Datura: doornappel)

  concestor 16 

 concestor 15 tribe Solaneae

 tribe Capsiceae 232 soorten (Capsicum: spaanse peper, paprika)

 tribe Physalideae 300 soorten (Physalis: lampionplant, tomatillo, incabes)

19 mya[31]
  concestor 15 

 concestor 14 geslacht Solanum ±1400 soorten

 geslacht Jaltomata 80 soorten[32]

17 mya[31]

geslacht Solanum

[edit]
  concestor 14 geslacht Solanum  

 concestor 13 

 section Thelopodium 3 soorten[33]  

15½ mya[31]
  concestor 13 

 concestor 12 clade I

 clade II 

 S. clandestinum

 S. mapirense

 S. wendlandii

 S. aculeigerum

 S. nemorense

 section  Brevantherum

 section  Geminata

 section  Cyphomandra

 section  Leptostemonum (S. melongena: aubergine)

14 mya[31]
  concestor 12 clade I 

 concestor 11 

 tomatoes, potatoes and their kin

  • section Thelopodium: S. thelopodium, S. monarchostemon (Amazonian Colombia, Ecuador and Peru), S. dimorphandrum of N. and W. coastal Colombia and adjacent Panama
  • Potato-group: sections  Regmandra, Herpystichum, Pteroidea, Basartrhum, Anarrhichomenum, Etuberosum, tomatoes and potatoes
  concestor 11 

 concestor 10 

 groep met African non-spiny, Normania en Archaesolanum  

  concestor 10 

 concestor 9 zwarte nachtschade-groep 75 soorten

 bitterzoet-groep[31]  

  concestor 9 

 concestor 8 

 Chamaesarachidium-groep (S. weddellii, S. glioides)  [34]

  concestor 8 

 concestor 7 

 Radicans-groep (S. palitans, S. tripartitum, S. corymbosum, S. radicans

  concestor 7 

 concestor 6 

 S. caesium 

  concestor 6 

 concestor 5 

 Episarcophyllum-groep (S. echegarayi, S. hastatilobum, S. sinuatirecurvum, S. riojense

  concestor 5  

 concestor 4 

 S. triflorum 

  concestor 4 

 concestor 3 

 S. nitidibaccata  

 S. salamancae

  concestor 3 

 concestor 2 

 S. aloysifolium

 S. enanthiophyllanthum

 S. chenopodioides

 S. probolospermum

 S.gonocladum

 S. pallidum

 S. huayavillense

 S. fiebrigii

 S. sinuatiexcisum

  concestor 1

S. villosum (4n)

   hybridisation

Solanum nigrum (6n)[35]
 S. americanum (2n) 
  1. ^ Xavier, Joana C.; Gerhards, Rebecca E.; Wimmer, Jessica L.E.; Brueckner, Julia; Tria, Fernando D.K.; Martin, William F. (2021). "The metabolic network of the last bacterial common ancestor". Communications Biology.
  2. ^ a b c d e f g Oliver, Thomas; Sánchez-Baracaldo, Patricia; Larkum, Anthony W.; Rutherford, A. William; Cardona, Tanai (2021). "Time-resolved comparative molecular evolution of oxygenic photosynthesis". Biochimica et Biophysica Acta (BBA) - Bioenergetics. 1862 (6).
  3. ^ Schirrmeister, Bettina E.; Gugger, Muriel; Donoghue, Philip C.J. (2015). "Cyanobacteria and the Great Oxygenation Event, evidence from genes and fossils?". Palaeontology: 1–17.
  4. ^ Keith Cooper. "Looking for LUCA, the last universal common ancestor". Phys.org.
  5. ^ Rahmatpour, Nasim; Hauser, Duncan A.; Nelson, Jessica M.; Yu Chen, Pa; Villarreal A., Juan Carlos; Ho, Ming-Yang; Li, Fay-Wei (2021). "A novel thylakoid-less isolate fills a billion-year gap in the evolution of Cyanobacteria". Current Biology. 31 (13): 2857–2867.
  6. ^ Grettenberger, Christen L.; Sumner, Dawn Y.; Wall, Kate; Brown, C. Titus; Eisen, Jonathan A.; Mackey, Tyler J.; Hawes, Ian; Jospin, Guillaume; Jungblut, Anne D. (2020). "A phylogenetically novel cyanobacterium most closely related to Gloeobacter". The ISME journal. 14: 2142–2152.
  7. ^ Jimmy H.W. Saw (2013). "Cultivation and Complete Genome Sequencing of Gloeobacter kilaueensis sp. nov., from a Lava Cave in Kīlauea Caldera, Hawai'i". Plos One.
  8. ^ Yasukazu Nakamura (2003). "Complete genome structure of Gloeobacter violaceus PCC 7421, a cyanobacterium that lacks thylakoids". FEBS Letters. 10 (4): 137–145.
  9. ^ Bhaya, D.; Grossman, A.R.; Steunou, A.-S.; Khuri, N.; Cohan, F.M.; Hamamura, N.; Melendrez, M.C.; Bateson, M.M.; Ward, D.M.; Heidelberg, J.F. (2007). "Population level functional diversity in a microbial community revealed by comparative genomic and metagenomic analyses". ISME Journal. cited on "Proteomes - Synechococcus sp. (strain JA-2-3B'a(2-13)) (Cyanobacteria bacterium Yellowstone B-Prime)". UniProt.
  10. ^ Moore, Kelsey R.; Magnabosco, Cara; Momper, Lily; Gold, David A.; Bosak, Tanja; Fournier, Gregory P. (2019). "An Expanded Ribosomal Phylogeny of Cyanobacteria Supports a Deep Placement of Plastids". Frontiers in Microbiology.
  11. ^ Cardona, Tanai (2022). "Origin and early evolution of photocynthesis: a brief historical account". Preprints.
  12. ^ Sánchez-Baracaldo, Patricia; Cardona, Tanai (2019). "On the origin of oxygenic photosynthesis and Cyanobacteria". New Phytologist. 225 (4).
  13. ^ Hammerschmidt, Katrin; Landan, Giddy; Domingues Kümmel Tria, Fernando; Alcorta, Jaime; Dagan, Tal (2021). "The Order of Trait Emergence in the Evolution of Cyanobacterial Multicellularity". Genome Biology and Evolution. 13 (2).
  14. ^ a b Leliaert, Frederik; Smith, David R.; Moreau, Herve; Herron, Matthew D.; Verbruggen, Heroen; Delwiche, Charles F.; De Clerck, Olivier (2012). "Phylogeny and Molecular Evolution of the Green Algae". Critical Reviews in Plant Sciences. 31: 1–46, figures 2, 4.
  15. ^ a b Shifeng Cheng (2019). "Genomes of Subaerial Zygnematophyceae Provide Insights into Land Plant Evolution". Cell. 179: 1057–1067.
  16. ^ Minchul Yoon; Man Kyu Kim; Gwang Hoon Kim (2009). "Conjugation Process in Spirogyra varians Monitored with FITC-lectins (Zygnemataceae, Chlorophyta)". Algae. 24 (1): 39–45.
  17. ^ Jeremy Pickett-Heaps (30 August 2017). Time-Lapse: Sexual Attraction in Spirogyra (Youtube).
  18. ^ Marien Van Westen, Milouska Meulens (17 January 2019). Sierwieren zijn groene juweeltjes (Youtube). Vroege Vogels.
  19. ^ Cole, Theodor C.H.; Hilger, Hartmut H.; Goffinet, Bernard (2021). Bryophyte Phylogeny Poster - Systematics and Characteristics of Non-Vascular Land Plants (Mosses, Liverworts, Hornworts).
  20. ^ Edwards, Dianne; Kenrick, Paul (2015). "The early evolution of land plants, from fossils to genomics: a commentary on Lang (1937) 'On the plant-remains from the Downtonian of England and Wales'". Philosophical Transactions of the Royal Society B - Life Sciences.
  21. ^ Jim Ehleringer (7 October 2020). Plants move onto land, part 2 (Youtube). University of Utah.
  22. ^ Sousa, Filipe; Civáň, Peter; Foster, Peter G.; Cox, Cymon J. (2020). "The Chloroplast Land Plant Phylogeny: Analyses Employing Better-Fitting Tree- and Site-Heterogeneous Composition Models". Frontiers in Plant Science.
  23. ^ a b c d e f g h i j k l m n o Christopher J. Earle (2021). "Species". The Gymnosperm Database.
  24. ^ Byung-Yun Sun; Moon Hong Kim; Chul Hwan Kim; Chong-Wook Park (2001). "Mankyua (Ophioglossaceae): a new fern genus from Cheju Island, Korea". Taxon. 50 (4): 1019–1024.
  25. ^ Simpson, Michael G. (2019). "Evolution and Diversity of Vascular Plants - Psilotales - whisk ferns". Plant Systematics (3 ed.).
  26. ^ Cole, Theodor C.H.; Bachelier, Julien B.; Hilger, Hartmut H. (2019). Tracheophyte Phylogeny Poster - Vascular Plants: Systematics and Characteristics.
  27. ^ Wellman, Charles (2018). "Palaeoecology and palaeophytogeography of the Rhynie chert plants: Further evidence from integrated analysis of in situ and dispersed spores". Philosophical Transactions of the Royal Society B: Biological Sciences.
  28. ^ Sandy Hetherington (29 September 2021). An introduction to the Rhynie chert, the hidden gem of Scottish geology (Youtube). University of Edinburgh.
  29. ^ Cole, Theodor C.H.; Hilger, Hartmut H.; Stevens, Peter (2019). Angiosperm phylogeny poster (APP) – Flowering plant systematics.
  30. ^ The Angiosperm Phylogeny Group (2016). "An update of the Angiosperm Phylogeny Group classification for the orders and families of flowering plants: APG IV". Botanical Journal of the Linnean Society. 181 (1): 1–20.
  31. ^ a b c d e f g h i Särkinen, Tiina; Bohs, Lynn; Olmstead, Richard G.; Knapp, Sandra (2013). "A phylogenetic framework for evolutionary study of the nightshades (Solanaceae): a dated 1000-tip tree" (PDF). BMC Evolutionary Biology. 13 (214): 1–15.
  32. ^ Stevens, P.F. (2017). "Solanales". Angiosperm Phylogeny Website.
  33. ^ Sandra Knapp (2000). "A revision of Solanum thelopodium species group (section Anthoresis sensu Seithe, pro parte): Solanaceae". Bulletin of the Natural History Museum. Botany series. 65 (1): 69–112.
  34. ^ Särkinen, Tiina; Poczai, Peter; Barboza, Gloria E.; Van der Weerden, Gerard M.; Baden, Maria; Knapp, Sandra (2018). "A revision of the Old World Black Nightshades (Morelloid clade of Solanum L., Solanaceae)". PhytoKeys. 106: 1–223.
  35. ^ Poczai, Peter; Hyvönen, Jaakko (2011). "On the origin of Solanum nigrum: Can networks help?". Molecular Biology Reports. 38 (2): 1171–85. doi:10.1007/s11033-010-0215-y.